Geschiedenis

Houthandel- en zagerij Van der Naald

Opa Fedde van der Naald is gestart met het bedrijf omstreeks 1915.

luchtfoto

Hij is begonnen met het zagen van onderdelen voor boerenwagens en kruiwagens. Hij ging zelf vaak op de fiets bij de boeren langs om te vragen of er misschien bomen moesten worden gerooid. Meestal waren dat eiken, beuken of iepen. Hij begon met een oude lintzaag, van gietijzer gemaakt. De jaren verstreken en er werd steeds meer gezaagd. Ook andere afnemers kwamen, zoals meubelmakers, botenbouwers en aannemers.

In de oorlog werd Fedde van der Naald opgepakt door de Duitsers en kwam een jaar vast te zitten in Vught. In deze tijd moest het bedrijf door zijn zoon Marten worden gerund, wat voor hem een hele opgave was. Maar achteraf bleek hij er zeer geschikt voor te zijn en kon vader na thuiskomst uit Vught het ook wat rustiger aan doen.

Inmiddels was het klantenbestand aardig groter geworden en het gevolg was dat er ook meer personeel moest komen. Geert Hut was al direct in het begin komen werken bij het bedrijf, maar zorgde in de beginjaren voor het vee van Fedde van der Naald. Later werkte Geert Hut meer in de zagerij tot ongeveer 1958. Piet Hofman is in 1947 in de zagerij begonnen als zestienjarige jongen en is er gebleven tot 1986.

Omstreeks 1952 kwam ook broer Fedde in het bedrijf werken. Fedde richtte zich op het klantenwerk en de boekhouding. Zo rond 1960 werd de zagerij uitgebreid met een nieuwe bomenzaag waarmee grotere stammen konden worden gezaagd.

oudwerknemers 001De bomen werden aangevoerd per boot over de Doezumertocht. Later kwamen de bomen met de vrachtauto van Haarsma uit de Peebos. Nog een personeelslid kwam erbij in de persoon van Yme Reitsema. Hij hield zich veel bezig met het zagen van de stammen en ook het slijpen van de zagen. Hij moest hiervoor zelfs een tijdje naar Brussel om dit in de fabriek (Dankeart) te leren. Yme nam afscheid van het bedrijf in 2002.

Ook Jan Hut heeft een korte periode gewerkt bij het bedrijf omstreeks begin 1960.

Na het overlijden van Fedde Van der Naald senior in 1962 gingen beide broers verder met het bedrijf. Marten hield zich bezig met de inkoop en was veel in het buitenland. Fedde was meer op het bedrijf bezig. Hij kreeg het ook drukker, omdat in die tijd steeds meer gebruik werd gemaakt van de telefoon. Het mobieltje bestond nog niet en dus werd er veel heen en weer gelopen. Fedde heeft heel wat klompen versleten.

Inmiddels werd er ook geëxporteerd naar Duitsland en Oostenrijk. Veel iepenhout wat daar weer tot fineer werd verwerkt.

Eind jaren 60, begin 70 werd er ook hout uit Azië geïmporteerd, zoals meranti en merbau voor de kozijn- en trappen industrie.

De aanvoer van eikenhout had altijd al een groot aandeel gehad, maar werd in het jaar 1972 verdrievoudigd. De oorzaak was een zware storm die door het land raasde. Dit bracht een lange periode van constante aanvoer van eiken stammen. De stammen werden gezaagd en opgelat, om zo opgestapeld te drogen.

bos 001In 1972 was er weer een nieuw personeelslid bijgekomen. Dit was Maaike Reitsema, zij ging zich bezighouden met het maken van de facturen en de boekhouding. Maaike heeft dit bijna veertig jaar gedaan voor het bedrijf.

In 1980 werd wegens gebrek aan opslag een nieuwe droogloods gebouwd door bouwbedrijf Alserda uit Doezum.

De jaren verstreken en in de jaren ‘80/’90 veranderde er veel in de werkwijze en in de vraag en aanbod van hout. Ook het volume werd kleiner en veel gerichter. Er werden hogere eisen gesteld aan de kleur, het gewicht en het vochtgehalte van het hout.

Sinds 1993, na het overlijden van Fedde van der Naald, is de derde generatie werkzaam binnen het familiebedrijf: Marten van der Naald.

In principe worden nog steeds dezelfde werkzaamheden verricht, maar dan op veel kleinere schaal. Er wordt veel gerichter gewerkt. Er zijn nu veel meer houtsoorten te verkrijgen, ongeveer 30 verschillende. Er wordt geleverd aan meubelmakers, bouwbedrijven, hoveniers en particulieren en het wordt gebruikt voor jacht-  interieur- en  instrumentenbouw,

Marten Else van der Naald